maandag 17 juni 2013

Open Data Vlaanderen (#ODD13). Ja, maar.

Ik wou iets spetter, subliem en fantastisch schrijven over de open-data dag Vlaanderen in Brussel van vorige vrijdag.  Maar...

Een ja-maar-mens, dat is wat ik nu eenmaal ben.
Andere namen ervoor zijn niet allemaal even positief: perfectionist, idealist, betweter, muggenzifter.  Het soort mens dat er perfect mee om kan om helemaal content onderuit te zakken, te genieten van al het goede, en dan toch te beseffen dat dat eigenlijk maar voor 95% zo is. Én helaas ook: dat iedereen vast zit te wachten om ook te horen wat ik over die 5% wil zeggen.

Ja.

Dus toch even voor de duidelijkheid: het was zeer goed. Op velerlei vlakken. Als je niet om kunt met dubbele boodschappen of subtiele nuances, lees dan vooral niet verder.

Het was zelfs zeer goed durf ik wel zeggen!
De organisatie was perfect. De opkomst hoog. En van heel wat sprekers heb ik boeiende nieuwe dingen opgestoken.  Nog beter: het initiatief om vanuit Vlaanderen ook de VIP  portefeuille te openen om her en der de projecten aan te vuren lijkt me een garantie om er op vele domeinen nu ook echt werk van te maken. Er is écht reden om aan te nemen dat er volgend jaar meer tastbare open-data resultaten in Vlaanderen te noemen zijn.  Zeker is er dan ook meer praktische ervaring in het veld die op de volgende uitgave aan bod kan komen en de soms nog theoretische beschouwingen kunnen gaan vervangen.

Maar.

Het wordt wel werken, hé. Na een al te fijne dag met gelijkgestemden en verfrissende ideeën is het al te makkelijk naar huis te gaan en te denken dat we er nu wel zijn.

Hier alvast mijn lijstje met pijnpunten, en weg te werken obstakels. Het jaar zal kort zijn.

We vragen denk ik nog ontzettend veel van de organisaties die we nu overal aanzetten tot het openen van hun data, en daar staat niet een altijd een gepaste ondersteuning tegenover.  Van de eerste tot de vijfde ster van Tim Berner's Lee of Tim Davies zijn er heel wat obstakels voor de ambtenaar met open mind en beste bedoelingen. Vandaar graag voor hen vooral:
[1] Een platform (meer dan een CKAN cataloog) waarop makkelijk data kan worden vrijgegeven, tot het nodige semantische linkable niveau, maar ook tot het niveau waar terugkoppeling, correcties en (motiverende!) statistieken kunnen worden samengebracht.
Die vijf sterren hebben overleg nodig nog. Een soort IBBT voor URI patroonbeheer zeker al.  URI's voor identificaties, maar ook voor termen en vocabularia moeten niet al te onafhankelijk overal maar worden uitgevonden. Ik heb een draft van een inspirerend document mogen inkijken, maar we mogen daar niet blijven steken.  De nodige overlegorganen en liefst ook ondersteunende systemen zijn van doen.
[2] Een beslissende entiteit die normen stelt, URI's afspreekt, en dat alles op een paar handige systemen bruikbaar weet te publiceren en onderhouden.
Maar de allerbelangrijkste vind ik nu al kennis en beschikbare menselijke expertise.  De RDF experts in Vlaanderen heb je vlug afgeteld.  En naar mijn bescheiden mening: daar gaan we het niet mee doen.  Niet dat ze hun werk niet kennen, ze zijn gewoon met te weinig. Information Architects, bijgeschoolde digitale bibliothecarissen, epistemologen, opstellers en behoeders van taxonomiën, ... De mensen met de brains hebben we denk ik wel, die samenbrengen in een zomerklasje die het goede woord verspreid zou al veel doen.
[3] Een gerichte opleiding, eventueel certifiëring van en voor beschikbare experts in het domein van het semantisch web en de technieken van linked open data.

En dan ook de meer persoonlijke bedenkingen: omdat ik toch ook een eigen mening heb. (Die echter evenmin als bovenstaande door een eigen agenda is ingegeven)

Zelf duik ik de open-data wereld binnen met een voorgescheidenis van open-source-code.  En dat gevoel voor de open code mis ik dus bikkelhard in de hele aanpak. Dáár wordt op een open data dag met geen woord over gerept. Kijk, sedert de visie van John Von Neumann is er nauwelijks onderscheid tussen data en code, waarom hier dan wel?  Is niet elke lijn code die geschreven wordt voor / door de overheid te zien als een lijn nuttige informatie die nuttig mag / moet gedeeld?  Waarom niet? Waarom hierop geen CC0 verplichting?
[4] Een open source platform waarop de verschillende bestuursorganen minstens onder elkaar de (met belastinggeld) betaalde code-ontwikkelingen kunnen uitwisselen.
En tenslotte.  Puur op basis van eigen bespiegelingen blijf ik overtuigd dat open data een viraal licentie-verhaal nodig hebben, maar als niemand anders er om vraagt dan blijf ik wel rustig in m'n hoekje dromen...
Om de zoveel tijd zal ik natuurlijk niet nalaten om te zeggen dat dit of dat probleem ermee zou opgelost worden.
[5] Een viraal model om nog meer mensen over de open-data streep te trekken: aanbieders worden makkelijker overtuigd, afnemers spelen vanzelf het spel mee en bieden statistieken en correcties aan.
Maar goed.
Herinneren we ons vooral een zeer geslaagde open-data dag. Wie er niet was: "Je hebt wat gemist!"

Om af te sluiten enkel nog de obligate shameless plug naar de eigen slides:

zondag 24 maart 2013

Een @AppsForGhent van een goe jaar.

Het was gisteren weer van dat: van apps-for-ghent mogen doen.
Iterarie 3 al, ogenschijnlijk een detail maar wel eentje dat de voortrekkersrol van Gent subtiel een gouden randje geeft. Bravo aan de stuwende ploeg daar.

Het was vooral weer inhoudelijk smullen.  In de eerste plaats van het geleverde werk natuurlijk:  Er zaten weer heel wat doorleefde en bijzonder maatschappelijk positieve projectvoorstellen bij.

In de tweede plaats was er voor mij de eye opener van de opmerkelijke (en deste meer wegens redelijk geslaagde) overstap van hacker-(only)- naar co-creation-event.  In het nakaarten tijdens de receptie werd het extra duidelijk: goede software engineering staat pal op de kruising van technische én humane wetenschappen.  Ja, dat programmeren heeft toevallig een technisch doe-kantje, maar het gaat vooral over het begrijpen en helpen van mensen.  Nadenken over dat soort oplossingen is iets wat echt open staat voor iedereen die wilt:  Gewoon even door dat jargon doorprikken en snel meedoen of gerichte vragen stellen. Mening en visie hoeft niet meteen in een programmeerbare syntax verwoord. Kruisbestuiven en samenwerken geeft vuurwerk.

Tenslotte heb ik persoonlijk vooral genoten van de presentatie van Bart Van Leeuwen van @semanticfire  faam.  Hét prototype van het soort kruispuntman waar ik hierboven op doel: met één been open data techneut, met het andere brandweerman in Amsterdam. Kort de twee inzichten die ik van zijn presentatie meeneem:

  1. Hoe eenvoudige de overtuiging voor het openstellen van datasets kan zijn.  Al moet ik toegeven dat de argumentatie van de brandweerman "Als we die data hebben, kunnen we meer levens redden" niet iedereen gegund is. Maar laat ons daar vooral niet achter wegsteken.
  2. De theorie van black-swan-thinking. Iets wat mij heel hard deed denken aan het platypus (vogelbekdier) effect: "When the Platypus was discovered, scientists said it was a paradox. But Pirsig's point was it was never a paradox or an oddity. It didn't make sense only to the scientists because they viewed the nature of animals according to their own classification, when nature did not have any."-- from a comment on Lila by R. Pirsig.

Zo, daarmee is ook het woord paradox gevallen, en kan ik afsluiten met het insluiten van de presentatie die ik (bijna) niet gaf

en deze die ik wel heb gegeven:

AppsForGhent3 :: Servieten en Paradoxen from Marc Portier 

Voor wie (net als ik) maar niet genoeg krijgt van paradoxen: op deze blog had ik het eerder al over de paradoxen van de vooruitgang, van knelpuntberoepen & onderwijs, en die van het negeren van onwetendheid.

Beantwoordend aan de vraag omtrent de jonge geschiedenis van de servieten-presentaties nog deze self-promoting links naar de vorige servieten @ Apps-For-Ghent-2 en @ Apps-For-Ghent-1

donderdag 14 maart 2013

Betoog voor de herwaardering van onwetendheid


En ik meen het. Wel even tot op het einde lezen als je wilt begrijpen wat ik meen.


Een jaar of wat geleden werd ik bikkelhard geconfronteerd met deze Franse parel van onversneden wijsheid.
Le peu que je sais, c' est à mon ignorance que je le dois. -- Sacha Guiltry  
Good ol’ Alexandre-Pierre had het mogelijks over zijn beperkte kennis van de vrouwtjes. Het inzicht verwierf hij dan vast op basis van ervaring.  Op zijn beurt te danken aan alle gemaakte stommiteiten in de omgang ermee.

Ik herinner me ook dat de confrontatie ‘s avonds dubbel werd versterkt door het onvermogen om in mijn eigen moedertaal de ware diepte van het citaat thuis over te brengen.
Het weinige dat ik weet is de schuld van mijn... van mijn... mijn onwetendheid?
Wat een arm woord is die onwetendheid van ons. Schriel en vals in vergelijking met het franse of engelse ignorance.


De eigen actie en bewuste dadendrang van het negeren zelf zijn wij in vertaling totaal kwijt. En het overblijvende onwetendheid leunt snel aan bij het Duitse excuus “Wir haben es nicht gewusst”.  Echt waar meneer, het is onze schuld niet. Niemand heeft het ons verteld.

Nee verdorie: “Dat had je moeten weten!”


Het betoog is hierbij duidelijk: niet “meer onwetendheid” is mijn doelwit. De betekenis van het woord wil ik gewoon explosiever.  We hebben een wapen nodig (zoals de Fransen en de Engelsen) dat ons aanzet de verantwoordelijkheid omtrent de eigen onwetendheid niet uit de weg te gaan. 

Laat ik toch nog even doorgaan met wat geweten schoppen.  Want ook wie dan wel denkt te weten gaat niet vrijuit. In de recent gestarte lezingenreeks van liberales over John Rawls gaat het meteen hard over zijn “veil of ignorance”.  Die is volgens mij ook meer waard dan een “sluier van onwetendheid”.


Zijn advies inzake rechtvaardigheid is voor mij een hard betoog om jezelf wél te documenteren, wél te vorsen en te spitten, wél op te zoeken wat er over een bepaalde zaak allemaal te weten is.  Maar daarna toch ook naar waarde schatten wat het betekent om te kiezen om te negeren: actief je eigen voorkeur, positie en gezichtspunt verlaten. De zaak beschouwend “sub specie aeternitatis

Dus geef die “onwetendheid” voor mij asjeblieft de meerwaarde van de eigen actie en verantwoordelijkheid, de plicht om op zoek te gaan naar de details.  En behouden we dan alsjeblieft de ruimhartigheid om bewust te kunnen besluiten dat er veel te zeggen valt om de meeste ervan te negeren. Het veroordelen te reserveren voor onszelf: de momenten waarop we anderen de kans niet geven om aan hun eigen onwetendheid te werken.

En als we dan toch aan het preken zijn: Enkel zo, beminde gelovigen, zullen we de waarde kennen van de profetie in de bergrede: “Zalig de onwetenden, want hen behoort het Rijk Gods”. 
Ja, ignorance is bliss. Maar dan wel zoals de Engelsen het bedoelen. 
Amen!

dinsdag 18 december 2012

open as in open ended...

(Bare with me for one of my rare English posts, hoping to touch a nerve in a broader community by changing the language.)
2012 is closing down with its typical previews, round-ups and some surprising good (local) news. And while such is not entirely my style, I feel myself pulling some last-months musings into an end-year sermon... Finally, reading these rather grim visions of the current state of affairs in the world-web-of-information, I'm desperately wanting to sketch up a road to hope and better times...

Concerning open. Openness. In its many forms.

My point today is that when we're using the word "open" these days in any of its conjunctions with the noun of your preference: society, data, source code, media, identity, web, culture, ... (or even VLD - sorry for the silly local politics joke) we often do it in a reflex to align with the mainstream fashion, but are we getting or addressing the same (correct?) ambition behind the word?

Techies will remember when the "free software" movement had to make the important semantics distinction between "free as in freedom" (libre) versus "free as in free beer" (gratis).  I think it's time to make  an equal clear statement about "open".
"open as in open cans"  versus "open as in open ended"

open cans

Many see "open" just in the sense of accessible. The strict counter-part of closed.
Look Sir: "The door is open".
I've opened the can. Quite ready to spill the beans, now! 
Allow me to call this: "the wikileaks kind of open". And allow me to lure you into a different open.

Before I do however.  Some nuance and contradiction is in order.  Because we do need open cans.
Trust me. Surely this last year (my first year as a public servant) I've seen my share of closed information systems, and I've started calling them "bases where data goes to die" rather then databases.

Surely getting the lid of the can is a thing we need, and it is in many ways the needed enabler or even the conditio sine qua non.

open ended

But is not the goal. Specially when we talk about open data, and surely when we talk about the obligation for governmental organizations in that area, we should remember that the goal is to have open access to data be a supporting means to the goal of an open society.
And if you can spare the time: do read up on the vision of Karl Popper on that.

The ambition behind "open" in this sense is to change your attitude in being the sole and indisputable source of wisdom and authority in any field, and to embrace the knowledge, better still even practically design for a future where the current center of gravity might be shifting. Yeah, falsifiability is that other Popper-word we should learn.

Techies could link this to the true nature of "open systems" - as it was described in the "Axioms of Web architecture".  I vividly remember reading about "The Test of Independent Invention" and experiencing one of the bigger "aha" moments in my life. Do let it sip in.

The "literature" or "narrative" way of looking at it is putting out your open data as an "open ended novel" - deliberately tickling the reader's own imagination to complete the story.

There is more to tell (there always is, and would that be proving my point?) about how we should translate this into practical guidelines and techniques for open data. We've even been working on that somewhat already but my guess (and yeah I'm often guilty of wishful thinking) is that 2013 will see many good resolutions in this area. I hope this small contribution to the discussion helps us getting our "open ambitions" right.

vrijdag 19 oktober 2012

Jan Terlouw via John Rawls over milieu.

Gisteravond was de start van een nieuwe lezingen-reeks van liberales. De focus gaat deze keer (en belooft dat weer in 5 iteraties) naar de Amerikaanse filosoof John Rawls. Van de vorige reeks over Karl Popper had ik er de vorige jaren een drietal meegepikt.  Vooral "nonkel Herman" (Van Rompuy) en de Antwerpse doorgang van de Nederlandse premier blijven me bij. Genoeg alvast om met volle goesting naar Gent te togen: luisteren naar de vader van niemand minder dan de "Koning van Katoren".

De man is een liberaal (wist ik halvelings) maar ook een fysicus (no less!), en dat laatste gaf hem bij mij al meteen een extra streepje voor. De auteur was er duidelijk ook: helderheid en welbespraaktheid troef, en het gevolg laat zich raden: een best makkelijk te volgen en gebalanceerde uiteenzetting over niet noodzakelijk een makkelijk onderwerp. 

 Het verhalend kader van de avond "het gedachtengoed van John Rawls" deed me de voorbije avonden al wat rondsprokkelen naar weetjes en kanttekeningen.  Ik had het me kunnen besparen want de introductie van Dirk Verhofstadt zorgde voor de essentiële kadrering (gewoon ook te vinden in deze recente column).  De termen "de sluier van onwetendheid", "rechtvaardigheid", "billijkheid", het klassieke spanningsveld met vrijheid, maar vooral ook de historische setting en de relatie met andere filosofen Smith, Paine, Stuart-Mill, Popper kwamen daarbij kort aan bod. 

Na mijn zelf opgesnorde stukjes en de bevestiging daarvan in de intro was ik helemaal klaar voor een fundamentele aanpak van het concept rechtvaardigheid van het type ik versus jij, ik versus de samenleving, ik versus de staat, de scheeftrekking van of door belangengroepen, de werking in het politieke veld, de breuklijn ook soms tussen rechtspraak en rechtvaardigheid en de logische paradoxen en conflicten met vrijheid in een samenleving.  Ik bleef op mijn honger. 

We kregen een veel onverwachter verhaal voorgeschoteld: over de aanhoudende kaalslag van Moeder Aarde door het menselijk ras (de antropogene effecten op het milieu).  Onverwacht, maar niet onterecht.  De brug naar rechtvaardigheid werd gefundeerd door het citaat van Tomas Paine: “Mensen kunnen geen mensen bezitten; en zo heeft ook geen enkele generatie het recht om te beschikken over generaties die nog moeten komen”.  De milieu-vragen worden dus staalhard geplaatst als een kwestie van rechtvaardige verdeling/beschikbaarheid van de natuurlijke bronnen tussen wij nu en zij die het met wat we overlaten straks moeten doen. En laten we wel wezen, het milieu-probleem, door mijn gezelschap terecht gekoppeld aan het probleem van de overbevolking, is wellicht het meest prangende dat onze aandacht verdient.  (zie ook de link naar de lezing van Bartlett in dit eerdere stuk over Etienne Vermeersch) 

Alleen met de oproep (bijna aanval) van de spreker naar de wetenschappers had ik het wat moeilijk. Niet dat die mensen niet mogen aangesproken worden op hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. Verre van.  En zijn positieve suggestie om wereldwijd en tegelijk op alle academische campussen ter wereld een soort schaduw-milieu-top te organiseren is ook zalig ondernemend, rebels en veelbelovend. Maar (ongewild?) sluipt in de aangebrachte verwoording (en versterkt door zijn antwoorden tijdens de vragen) een soort opdeling van onze maatschappij binnen.   Plots gaat het over wetenschappers versus politiek versus pers/media versus de rest. En daar heb ik het niet zo op begrepen. De juistere insteek wordt volgens mij netjes hier door Neil Degrasse Tyson (niet toevallig allicht ook een fysicus/wetenschapper) weergegeven: de mix en vertegenwoordiging van inzichten en beroepen uit de samenleving is vaak niet goed vertegenwoordigd in de politiek, en dat doet er geen goed aan. De vraag uit het publiek of we net een pleidooi hadden gekregen pro "bestuur door technocraten" had dus een veel minder zwart-wit scheidend antwoord kunnen krijgen, en dus eerder de vrolijke mêlée van ook technocraten mogen suggereren. 

Op zoek naar rechtvaardigheid moeten we ons dus misschien de vraag stellen of er voldoende gelijke doorstroming is van alle bevolkingslagen en afkomsten naar de grote invloedsferen in ons bestel: media/pers, kennis/wetenschap, bestuur/politiek,...  Allicht een insteek die in één van de komende John Rawls lezingen aan bod kan komen. 

PS: En voor wie het boeit: meer lezingen van dit allooi worden straks ook door skepp op de agenda gezet in dit boeiende "denkelag" initiatief. 

PS2: Ik weiger hier trouwens (iets te?) hardnekkig het predicaat 'liberaal' bij om het even welke 'filosoof' te plaatsen.  Het lijkt me al te vaak de after-thought van een latere generatie (vaak politici) die iemand of een bepaalde tendens willen claimen en/of voor hun kar spannen.  Te vergelijken met hoe politiek partijen een aantal jaren geleden om ter eerst "Open Source" in hun folders wilden plaatsen. Liberalen omwille van de "open vrijheden" - socialisten omwille van de mengeling aan "gratis + ontvoogding van de klant + bereikbaarheid voor iedereen" - groenen omwille van het "ecologisch gezond verstand en hergebruik". Voor mij nog steeds een duidelijk bewijs dat een goed idee van en voor iedereen een goed idee is.

zondag 8 april 2012

Wat te doen? Zelf.

Brr. Geen fijn nieuws vandaag. En ik kan daar niet goed tegen.

Nee, geen aanklacht op de media. hoor (Toch nu nog niet. Media-ergernis haal ik meestal pas bij de speurtocht naar vermoede naweeën dagen nadien.) Het is het nieuws zelf natuurlijk. Dat nekt mijn al te graag gekoesterde waanbeeld dat het overal in de wereld steeds zó fijn is zoals ik het zou willen.

De idioot die in klasdiscussies in de humaniora ook steevast zou pleiten voor rabiaat pacifisme, dat was ik. Van dat puisterig gedram dat stelt dat we kinderen zonder wapenspeelgoed en soldaatjes moeten laten opgroeien.  (jaja, die maakbare mens daar gingen we voor) En van die heerlijk stroperige naïeviteit die weet dat (dan) alles goedkomt.

Ik heb er duidelijk nog last van.

"Zinloos Geweld" is andermaal de topic van de dag dus.  Een betreurenswaardig staaltje van de door Popper aangehaalde ingebouwde paradoxen van de open samenleving.  Mijn andere lievelingsdenker in dit soort kwesties is Bertrand Russel natuurlijk. Niet in het minst omdat hij van de ene op de andere wereldoorlog een schijnbare bocht maakt in zijn eigen houding.  Van strijdbaar pacifist in WO I naar de vader van het "Relative Political Pacifism" tijdens WO II:   Een realisme op zoek naar het minste van twee kwaden; afwegend wat de spelregels zijn voor zinvol geweld.  Motivaties voor een maatschappelijk organiseren van een geweldsmonopolie.

Vandaag is er weinig steun van al die boekenwijsheid, want zo, met al die nuance, gaat het al te snel van "Schop de mensen tot ze een geweten hebben" tot "Wat heeft het allemaal voor zin?"

Zelf doe ik het alvast wel.  En laat het ons gewoon meer met z'n allen doen. Dan kan het deste milder en onopvallender denk ik.  Niet echt schoppen natuurlijk, maar wel de verontwaardiging ongegeneerd tonen: mopperen dus. In het verweer gaan. Weerbaarheid tonen. Niet eens disonant eigenlijk, slechts net iets minder stil dan gewoonlijk toch eens de mening van de stille meerderheid te berde brengen. Van "Hé, die vuilbak stond toch echt niet te veraf." tot "Uw houding en gedrag is behoorlijk storend en associaal".  Lafhartig slim genoeg dus enkel nog op die plaatsen en momenten dat we er zelf geen klappen mee oogsten.  Geen groter gevaar lopend dan de karikatuur van de grumpy old man te worden.  Een nieuw maatschappelijk streven zeg maar, en voor de positivo's onder ons nog het liefst gedragen door een volgehouden zelf-opgelegde glimlach en opgewekte "goeiemorgen" om vooral te zorgen dat het niet zal nodig zijn.

Een vrolijk Pasen alvast.

dinsdag 27 maart 2012

Nuttigheidsgezever.

Schone titel. Gepikt van Radio1.

En dan denk ik:  Ah gut, onderwijs en de droom van de maakbare mens weer, de illusie ook van het ongeschreven blad dat de meester gaat volschrijven.  Alsof men de maatschappij gaat sturen door deze of gene richting aan te bieden.  Enige pragmatica zegt me dat als die richtingen niet meer bezocht worden of aanslaan, dat ze dan vanzelf niet meer gegeven worden me dunkt, nee? Nostalgia ammehoela, allez ja fijn voor bij een glas wijn of zo.  Doe mij maar piecemeal social engineering: "Pas U aan op wat er leeft, en duw zo goed mogelijk weg van het grootste en meest nijpende kwaad dat je in die leefwereld ontdekt."

En anderzijds mag het wel eens gedaan zijn met het overdreven promoten van richtingen waar ze uit hoofde van één of andere knelpuntjobbedenking dringend meer studenten moeten naartoe lokken. (En pas op, want "dringend" is dan sowieso met een delay van 3-5 jaar opleidingstijd, probeer dat dus aan een automatiserings-ingenieur uit te leggen. Ség.)

Aan de rand doet het me dan ook weer denken aan de "digitaal expert"stunt van Agoria laatst. (Juk zeg die redirect URI van die mannen bezien, rillingen!) En de fijne stukjes her en der daaromtrent.

Mijn gedachten erover toen onbezonnen ineens in een g+ comment geramd, en mijn overtuiging komt hierop neer:  De mix aan talenten in onze samenleving is voornamelijk de vrucht van wat er in de genepool aanwezig is.  Die genepool is voor ons soort door ruwweg een miljoen jaar of wat evolutie uitgesleten en daar ga je het mee moeten doen (ook de komende generaties me dunkt).  Geen geschrapte opleiding, torenhoge EU subsidie, of imago-marketing-campagne die dat wezenlijk verandert.

Ik laat in het midden of die campagnes erin slagen meer studenten naar een richting te krijgen, ik betwijfel alleen of we dat echt willen: lange termijn? educatief-technisch-pedagogisch? sociaal?

Nu mijn kinderen de overstap naar secundair en meer daarná aan het zetten zijn valt me weer op hoe moeilijk het onderwijs het heeft om voorbij het ongeschreven blad te zoeken naar de aanwezige structuur in het blad zelf (interesse en aanleg) en dát maximaal te exploiteren.

Elke keukenbouwer zal het U zeggen: werk mee met de tekening van het hout, vecht daar niet tegen.

O, en geen stenen naar het onderwijs alleen: de maatschappij (wij dus) erond helpt nu ook niet bepaald: die past zich ook niet op de meest natuurlijke manier aan aan de vruchten van zijn eigen vooruitgang.  Omtrent het tekort aan denkende medemensen in de technische branches denk ik dan spontaan dat met enige openheid rond dat denken veel nutteloos naast elkaar energie verstoken uit de weg geruimd kan worden. Maar dan komen we allicht weer uit bij de samen-werkings-paradox.

Breft, dit is mijn blog, dus hier heb ik gelijk.  Maar sloof je uit in de commentaren of op je eigen blog mocht je ook nog van dat (eigen gelijk) over hebben.

Tenslotte nog de transcript van mijn eerdere comment over de Agoria campagne (want g+ zal de gelinkt topic mogelijks enkel delen met de kringen van de originele poster):

Ik heb het niet bepaald op dit soort campagnes die vooral op terminologie en imago lijken te spelen... voor mij blijft het woord dat de lading dekt gewoon "ingenieur" (o wat ben ik heerlijk ouwerwets)
Qua klank vertelt dat in-gen-ieur mij vooral dat het in-de-genen moet zitten :-) 
In sé voer voor biologen dus. En ik laat het aan de sociologen of campagnes er dan in slagen mensen toch een hen-niet-natuurlijk-fittende studie-richting aan te smeren én aan de pedagogen helemaal of dat dan ook wenselijk is...Kijk, de hele vloot aan de zogenaamde digital natives ten spijt geloof ik echt dat het gehalte(=percentage) mensen dat de verwondering in zich draagt om te doorgronden hoe het (techniek) werkt en het dan ook te gaan verbeteren niet echt wijzigt, laat staan verhoogt.
Reden tot paniek is er volgens mij niet: met dat percentage redden we het best, volgens mij. Ik heb het dus ook al niet zo voor het doemdenken ook nie :-)
En dan is deze: http://trunc.it/jkhro ook weer leuk. Organizaties hebben nu eenmaal al te snel de neiging hun eigen bestaansreden tot doel op zich te verheffen.
Bottom line: voor mij is de maatschappelijke opdracht van een organizatie als Agoria eerder nakijken hoe door samenwerking en kennis-uitwisseling de beperkte schare techneuten die we voortbrengen maximaal kunnen ingezet worden ter bevordering van de samenleving. 
En om de cirkel rond te maken: Een ingenieur die dan ook nog zo slim is en passant een goed verkopend boek te schrijven zal dan allicht ook wat stereotiepen omtrent het imago kunnen doorprikken :)